Doorgaan naar content
Werkplekleren in de zorg
Breinleren: 3… 2… 1… FOCUS! (principe 1)
Over werkplekleren

Breinleren: 3… 2… 1… FOCUS! (principe 1)

Terug naar overzicht

Door Amber Dirksen

— Geschatte leestijd 4 minuten

Op de werkplek ligt continu afleiding op de loer en vragen talloze taken de aandacht. Zeker in de zorg. Dus hoe richt je dan je aandacht om iets nieuws te leren? En waarom is dat belangrijk? In dit artikel verdiep je je in het breinleerprincipe: Focus.

Alles wat aandacht krijgt groeit.

Aandacht heb je nodig als je iets nieuws wilt leren. Wil je dat er een neuraal netwerk wordt aangelegd, of wordt versterkt of uitgebreid, dan zul je daar dus aandacht aan moeten geven. Wanneer we onze aandacht ergens op richten, spreken we het principe van "focus" aan van breinleren. Denk maar aan een spotlight op het podium of een camera die scherp stelt.

Maar hoe stel je de lens van je brein scherp?

Daarvoor is het allereerst belangrijk dat je zorgt dat er aan je fysieke behoeften is voldaan. Een volle blaas, honger, dorst of behoefte aan frisse lucht zorgen namelijk voor afleiding. Als er aan je fysieke behoeften is voldaan, kun je aan de slag met het richten van je aandacht.

Actieve en passieve aandacht

We onderscheiden twee soorten aandacht: actieve aandacht en passieve aandacht. Actieve aandacht is vrijwillig en heeft te maken met alertheid, concentratie en interesse. Iets wat je interesseert, vraagt sneller je aandacht dan iets dat je saai vindt of al lang kent. Een bruggetje maken tussen iets wat je interesseert en datgene wat je wilt leren.

Daarentegen is passieve aandacht onbewust gestuurde aandacht. Nieuwe, verrassende dingen trekken bijvoorbeeld jouw passieve aandacht. Zo trekt jouw eigen naam altijd de aandacht, maar ook gezichten of …. seks. Niets voor niets wordt dit vaak in advertenties ingezet om de aandacht te trekken.

Do’s & Don’ts voor leren met FOCUS op de werkplek

  1. Je kan je aandacht maar op één ding tegelijk richten. Daarom moet je afleidingen minimaliseren. 

  2. Multitasking bestaat niet. Je brein kan maar bewust aandacht richten op één ding tegelijk. Sommige mensen kunnen wel snel van taak of actie wisselen, waardoor het kan lijken alsof zij met meerdere taken tegelijk bezig zijn. Maar in realiteit zorgt dit ervoor dat beide taken langzamer worden uitgevoerd en ook vaak van mindere kwaliteit zijn. Het is in je brein alleen mogelijk om een neuraal netwerk effectief sterker te maken als je je alleen op die kennis of vaardigheid focust. Even tussendoor iets leren, terwijl je eigenlijk met iets anders bezig bent, werkt dus niet. 

  3. Iets wat jij heel belangrijk vindt, trekt je aandacht en blijft je langer bij. Leren over iets wat van direct belang is voor je cliënt, trekt sneller de aandacht dan iets wat niet zorg- of cliëntgericht is. Bijvoorbeeld een nieuwe functie in de planningsapplicatie. 

  4. Iets anders wat de aandacht trekt is je naam. Spreek degene die je iets wilt leren aan bij naam, zodat de aandacht wordt gericht. 

  5. Zorg dat er aan de fysieke behoeften is voldaan, zodat bijvoorbeeld een rommelende maag niet voor afleiding kan zorgen. 

  6. Iets nieuws of verrassends trekt de aandacht. Zorg voor afwisseling en maak gebruik van verrassingselementen. 

  7. Het blijkt dat mensen verhalen beter onthouden dan een enkele bewering. Dit komt doordat je neurale netwerken actief worden doordat jij je in het verhaal kan verplaatsen. Zorg ervoor dat de lerende zich kan inleven in een situatie waarin het nuttig is dat je het geleerde kunt toepassen. Neem bijvoorbeeld een situatie met een cliënt als context. Dit zorgt voor meer belang en inlevingsvermogen bij de lerende. 

Wil je meer weten over de principes van breinleren, zonder al te veel aandacht voor alle biologische processen in je hersenen tijdens het leren? Verdiep je dan in elk principe van het breinleren, zoals bijvoorbeeld het principe ‘Focus’. Deze artikelen zijn gebaseerd op het breinleren van het BCL Instituut.


Geef je reactie